Wat zijn ze fantastisch, wat zijn ze belangrijk; de mensen in de zorg, de ict’ers, de politie, o wacht we zijn de schoonmakers vergeten, o en de pakketbezorgers. Ja díe zijn óók vitaal voor onze samenleving! Deze mensen, daar draait de samenleving op, deze mensen zijn het waard om voor te klappen, om elke persconferentie te worden genoemd.
Maar jij; jij niet. Jij die nu thuis zit, plotseling werkeloos geworden of werk met oppas en lesgeven combinerend. Apart gezet, je hoort er niet bij. Je behoort niet tot de ‘doorwerkers’, zo heten ze op de NOS-app. Want alleen met een vitaal beroep werk je, in deze corona tijd. En als je bedrijf in de problemen komt dan zorgen we wel voor je hoor, je aankomen wordt aangevuld tot bijstandsniveau en er zijn allerlei steunmaatregelen dus no worries.
Niet de terechte waardering voor deze mensen stuit me tegen de borst. Maar wel dat met de tweedeling een onderscheid wordt gemaakt waaruit je zomaar kunt afleiden dat je er niet toe doet.
Elly en Rikkert zongen het vroeger zo:
Dit is m'n hand en dat m'n voet
'k Heb ze allebei nodig
Waar moet ik heen als héén het niet doet
Niets is er overbodig
'k Heb m'n voeten nodig om te lopen
En m'n handen om m'n schoenen vast te knopen
Hand voet knie oog oor neus keel
Alles is nodig niets teveel
Alles is nodig niets teveel
M'n hand kan niet zeggen tegen m'n voet
Ik heb jou niet nodig
Stel je es voor dan ging het niet goed
Niets is er overbodig
Want al kan ik met m'n handen ballen
Zonder m'n voeten zou ik op m'n snufferd vallen
Hand voet knie oog oor neus haar
Alles is nodig voor elkaar
Alles is nodig voor elkaar
Daar hou ik me dan maar aan vast, wat Rutte ook zegt.